Onze collega Jantien werkt in opdracht van Bureauvijftig bij een grote zorginstelling. Zij blogt over haar ervaringen in het vreemde land dat ouderenzorg heet. Dit keer over de woningmarkt.
Over een week krijg ik de sleutel van mijn huurwoning. Een ruime hal, ligbad, vloerverwarming, drie slaapkamers en een bescheiden tuintje is mijn aanstaande thuis rijk. Te gek, hoewel het niet mijn droomhuis is. Een geinig Tiny House aan de bosrand, dat leek mij en mijn vriend wel wat. Met plek voor een moestuin, een hobbyschuurtje… dat werk.
Speld in een hooiberg
Compleet onvindbaar natuurlijk want vooral in het huursegment is er genoeg aanbod, maar dan wel van het type ‘modaal’. Niet-stadse dertigers zonder kinderen, samengestelde gezinnen of families met inwonende opa’s en oma’s: zij hoeven hun heil niet te zoeken in de huursector.
En echtelieden van wie één van beiden is aangewezen op zorg trouwens ook niet. Terwijl dat toch niet zo’n uitzonderlijke situatie is. We worden samen namelijk steeds ouder, maar we blijven niet per se langer gezond. En we worden ook geacht langer en meer voor elkaar te zorgen. Wel zo gezellig als dat samen in één huis kan, toch?
Een goede buur….
Wonen en zorg blijken niet zo’n ideale match. Tussen beide gebieden is een gigantische scheidingswand geplaatst zonder doorkijkjes. Dat woon- en zorgbehoeftes hand in hand gaan en op allerlei manieren van elkaar afhankelijk zijn, is geen raketwetenschap. De buurvrouw die een boodschap voor je meeneemt als je ziek op bed ligt, het luisterend oor in het cafe om de hoek… je leefomgeving draagt op allerlei manieren bij aan je welzijn. Bij samenwonende partners van wie er een minder goed te pas is is dat natuurlijk al helemaal het geval.
Tot de dood ons scheidt
In een huis blijven wonen met je partner. Afgelopen week realiseerde ik me dat het niet zo vanzelfsprekend is als het lijkt. Wanneer je zorg nodig hebt is de kans levensgroot dat je van elkaar gescheiden wordt.
Een voorbeeld. Bij meneer De Jong – diabetespatiënt – zijn als gevolg van gangreen zijn beide benen afgezet. Zijn eigen huis is totaal niet geschikt voor bewoning met een rolstoel en terwijl hij het liefste thuis zou blijven wonen met zijn vrouw is een plaatsing in een verpleeghuis de oplossing die de huisarts aandraagt. Mevrouw De Jong is vitaal en wil best verhuizen als dat ervoor zorgt dat ze samen kan blijven met haar man. Het verpleeghuis is voor haar alleen geen optie want zij heeft geen zorg nodig en mag daar dus niet wonen. De oplossing in verreweg de meeste gevallen: meneer gaat, mevrouw blijft thuis.
Ik kende bovenstaand voorbeeld al jaren. Het waren mijn eigen opa en oma die van elkaar gescheiden werden.
Smaken verschillen
Blijkbaar heb ik er toen, tien jaar geleden, niet al te veel bij stilgestaan: het was nu eenmaal zo. Maar sinds ik dezelfde verhalen hoor op mijn nieuwe werkplek, begrijp ik dat het absurd was. Los van de enkeling die het na 40 jaar huwelijk wel welletjes vindt, wil toch niemand gedwongen van zijn partner / kind / huisgenoot gescheiden worden?
De mal van het leven dat je kan en mag leiden wordt teveel gevormd door het smalle aanbod in huur en zorg. Het mag best een onsje meer Villa Kakelbont, Knarrenhof of snufje extra TinyHouse.